Overwater Grondbeleid Adviesbureau

Werkingsduur bestaande voorkeursrechten gewijzigd

maandag 6 mei 2024 Geschreven door Raisa den Otter
De regels over het voorkeursrecht uit de Wet voorkeursrecht
gemeenten (Wvg) zijn per 1 januari 2024 overgegaan naar de
Omgevingswet. De Wvg is vervallen. Op hoofdlijnen is de regeling hetzelfde gebleven.
Echter de Omgevingswet (Ow) wijzigt de regeling van het voorkeursrecht op een aantal punten: 
  • De grondslagen van een voorkeursrechtbeschikking;
  • De regels over bekendmaking van een voorkeursrecht;
  • Voorkeursrechten zijn niet langer aangewezen als beperkingenbesluiten als bedoeld in de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen (Wkpb);
  • De inwerkingtreding van voorkeursrechten; en
  • Het voorkeursrecht vervalt als het al 5 jaar is gevestigd op grond van een omgevingsplan, en de overheid afziet van aankoop.
Een andere belangrijke wijziging betreft het feit dat de geldingsduur van een voorkeursrecht op grondslag van een omgevingsplan (voorheen bestemmingsplan) is gewijzigd sinds de inwerkingtreding van de Ow. 

Werkingsduur onder de Wvg 
De looptijd van een (gecontinueerd) voorkeursrecht op grond van een vastgesteld bestemmingsplan was op grond van de Wet voorkeursrecht gemeenten tien jaar. 
 
Werkingsduur onder de Omgevingswet (Ow)
Onder de Omgevingswet vervalt een voorkeursrecht (als bedoeld in artikel 9.1, eerste lid onder a Ow) op basis van een omgevingsplan vijf jaar na het ingaan ervan of, als die termijn met vijf jaar is verlengd, aan het einde van de verlengde termijn. 

Het overgangsrecht stelt een voorkeursrecht op grond van een bestemmingsplan gelijk aan een voorkeursrecht op grond van een omgevingsplan. Dit betekent dat de geldingsduur in principe wordt ingekort naar vijf jaar. Zo’n voorkeursrecht kan eenmalig door de gemeenteraad worden verlengd met nogmaals een periode van vijf jaar. Daarvoor is een expliciet raadsbesluit vereist dat een motivering dient te bevatten die duidelijk maakt waarom verlenging van het voorkeursrecht na die eerste periode van vijf jaar wenselijk of noodzakelijk is. Zo’n verlengingsbesluit moet uiteraard tijdig worden voorbereid en genomen, want na afloop van de termijn van vijf jaar is verlenging niet meer mogelijk omdat het voorkeursrecht dan inmiddels van rechtswege is vervallen. Dit laatste kan onder omstandigheden (zeer) onwenselijk zijn. 

Gold het voorkeursrecht op grond van de Wvg daarentegen al langer dan 5 jaar op grond van een bestemmingsplan? Dan geldt dat voorkeursrecht onder de Omgevingswet als een verlengd voorkeursrecht (dit volgt uit artikel 5.1 van de zogeheten Vangnetregeling Omgevingswet). Het voorkeursrecht vervalt dan in overeenstemming met artikel 9.4, lid 1, onder c Omgevingswet, 10 jaar na het ingaan ervan. 

Mocht u naar aanleiding van bovenstaande vragen hebben, bijvoorbeeld over het al dan niet in kennis moeten stellen van belanghebbenden omtrent het voorkeursrecht en een voorgenomen verlenging of over het ter inzage leggen van (nadere) stukken, of mocht u behoefte hebben aan ondersteuning bij (mogelijke) verlenging, neem dan gerust contact op met ondergetekende, danwel met mijn collega’s mr. L.P. Rozendaal of  mr. R.J. Lucassen.